Revolutionair brainstorm onderzoek: Dichtbij, maar toch zo ver weg…

22/02/2017 Door Rick Lindeman

Soms heb je een beetje mazzel. Ik was gisteren toevallig op de plek (LEF) waar best wel verrassend onderzoek werd gepresenteerd. Johanna Günzl, een jonge Duitse cognitief psychologe van de Universiteit Leiden presenteerde haar antwoord op de vraag: Brainstorm je nu beter vlak bij elkaar, of toch ver weg.

 

Dichtbij.. Veraf.. (foto IHA)

Ze maakt daarin onderscheid tussen divergente en convergente delen van het creatieve proces. Voor beide delen verzon ze een oefening en keek ze of ze creatiever waren als mensen dichtbij elkaar waren (een halve meter) of juist wat verder van elkaar (3,5 meter). Ze testte dit bij 136 verschillende deelnemers.

Maar hoe meet je nu creativiteit? In het creativiteitonderzoek kijkt men bij divergentie naar fluency (aantal ideeen), flexibility (aantal categorieën), originaliteit en elaboration (door-associeren op elkaars ideeën). De vraag die ze stelde ging over toepassingen van huishoudelijke apparatuur.

Bij (individuele) convergentie koos ze voor een zogenaamde Remote Association Task: Het vinden van de link tussen drie worden (Bv: Bar / Glas / Jurk ).

Günzl

Maar wat vond ze nu? Bij individuele divergentie is het beter om op grotere  afstand te staan. Er komen meer categorieën aan de orde ( flexibility neemt toe). Dit is ook significant. Het mooie was dat dit haar oorspronkelijke hypothese verwoord.

Bij convergentie in groepen vond ze niet een significant resultaat maar wel dat de groepen gemiddeld 1 extra oplossing vonden ten opzichte van de mensen die verder van elkaar stonden.

Hoewel je uiteraard moet oppassen te generaliseren, maar we leren zo weer net wat meer over hoe we tot oplossingen komen. Wat mij dan weer fascineert, wat is dan weer de verklaring voor dit verschijnsel? Enig idee?